Tom Egbers: Verhalenverteller
AV-Entertainment Nr1 2014
» Mooi bedank: Beatrix met hart en ziel
» Digitale televisie in Nederland
» Epson richt zich op pro-markt: 'Meer licht, meer focus'
» Verbindingen op Eurosonic Noorderslag
» Stand van zaken: flexibele arbeidskrachten
» Jan Smeets: Festivalgoeroe
» Jeroen ten Brinke: 'Voorliefde voor uitdagingen'
» John Mulder: "The show must go on"
» Joost Carlier: "Het gaat om veel meer dan muziek"
» Voorbeschouwing Prolight + Sound 2014
» Ronald Prent: Passie voor goede klank
» Rudolf Spoor: "Ik ben een gezegend mens"
» Baanbrekende Sennheisertechnologie op ISE
» Tom Egbers: Verhalenverteller
» Uri Rapaport: "Licht is gewoon de extra acteur"
Alle edities
Tom Egbers: Verhalenverteller
Wie enkele liefdes van Tom Egbers (1957) wil zien samenkomen, doet er goed aan zijn documentaire 'That Final Day' uit 2003 te bekijken. Egbers, zelf half Engels, houdt van geschiedenis, van voetbal en van alles wat Groot-Brittannië ademt en heeft die elementen gevangen in een boeiend verhaal over twee clubs die in de vierde divisie van het Engelse voetbal strijden tegen degradatie. Swansea City en Exeter City vechten in de laatste speelronde van de competitie allebei in eigen huis om lijfsbehoud. Gedurende de wedstrijden is het voortdurend stuivertje wisselen. Exeter vliegt eruit, Swansea vliegt eruit, dan weer Exeter?.de manier waarop de bijbehorende emoties van de fans en het verhaal erachter in beeld zijn gebracht, is even prachtig als typerend voor de werkwijze van Egbers. Puur "Dat vind ik ook echt één van de leukste dingen waar ik tot nu toe op terugkijk", vertelt Egbers op de burelen van de NOS. "Nou ben ik eigenlijk niet van het terugkijken. Ik kijk liever vooruit, want ik wil in de toekomst nog meer van dit soort programma's maken, maar hier denk ik wel met veel warmte aan terug. Ook omdat ik gemerkt heb dat het bij veel mensen een snaar geraakt heeft." Dat komt ongetwijfeld ook door de 'gewone' Britten die de leidraad vormen van het verhaal. Voetbalfragmenten komen sporadisch voorbij, veel meer draaide het om de mensen die de club vormen. Niet de jongens met de tatoeages, maar de mensen waarvan er een heleboel op de tribune zitten. Supporters die de club écht zijn. De authentieke sfeer van het slaperige Zuidwest-Engeland, de mooie stadionnetjes en het wedstrijdverloop deden de rest. Het is echt, puur en levert een mooi document op. Egbers: "Engeland is sowieso een land waar de verhalen op straat liggen. Mensen kunnen er goed vertellen, zijn emotioneel, hebben humor. De clubs geven de gemeenschap daar nog echt haar identiteit, dat gaat veel verder dan hier in Nederland." Het feit dat Egbers zelf half Engels is, maakt wellicht dat hij wat extra's voelt bij dergelijke verhalen. "Toen ik met dit verhaal bezig was, werd ik door mijn oudere collega's bij de NOS voor gek verklaard. 'Tom is bezig met de zevende divisie cricket in Noord-Schotland', dat soort opmerkingen kreeg je dan. Maar dit is anders. Je laat cultuur zien, waarom een land een sportland is en hoe diep dat bij die mensen zit. Dat is iets anders dan dat je nog eens met een herhaling laat zien of een bal wel of niet over de lijn is."| Drijfveer Mooie verhalen vertellen. Het was voor Egbers de drijfveer om überhaupt het vak in te gaan. Hij zat op de School voor Journalistiek met maar één doel voor ogen: mooie televisiereportages maken. "Ik was toen van de 120 studenten slechts één van de vier die televisie wilden doen. Dat gold echt als een ordinair medium, dat deed je niet. De meest gewilde stageplaatsen waren Vrij Nederland en de Volkskrant. Trouw kon ook nog wel, maar was saai en het AD dat deed je eigenlijk niet. De Telegraaf was al helemaal out of the question en de overtreffende trap dáár van was dan nog televisie. Later is dat helemaal omgedraaid. Nu heb je weinig mensen die nog bij een krant willen werken en wil iedereen beroemd worden. Dat laatste was niet bepaald mijn drijfveer. Tijdens mijn opleiding heb ik zelfs nooit overwogen om voor de camera te gaan staan. Ik werkte destijds al bij een huis-aan-huisblad in Twente, maar stopte daarmee om de opleiding te gaan volgen omdat ik uiteindelijk graag met een camera op pad wilde om verhalen te vertellen. Via beeld inderdaad, zeker niet ín beeld." Presentator Uiteindelijk belandde Egbers bij de NOS onverwacht toch voor de camera. Na een stage bij het NOS Journaal, bleef hij daar hangen als freelance binnenlandredacteur en zijn eindexamenwerk moest beoordeeld worden Koos Postema, destijds een autoriteit. "Postema zei dat ik een goede stem had en vroeg of ik bij Langs de Lijn wilde komen werken. In mijn ogen zou hij daar de luisteraars en mijzelf geen plezier mee doen, dus ik heb vriendelijke bedankt. Dat was gewoon niet mijn ding, dan word ik niet gelukkig. Ik had mijn baan opgezegd om televisie te gaan maken, niet om verslag te doen op de radio." Zonder dat Egbers het wist, gaf Postema zijn naam en telefoonnummer door aan de redactie van Studio Sport. De boodschap daarbij: 'als jullie nog eens een jonge presentator zoeken, bel hem dan eens'. Egbers: "Ik werd vervolgens gebeld met de vraag of ik eens wilde komen praten. Studio Sport, wauw! Ik dacht daar in opleiding te gaan, misschien ooit cameraman te worden of als kabelsjouwer of draaiboektikker te moeten beginnen. Weet je, ik had echt op alles 'ja' gezegd. We zaten vijf minuten toen me gevraagd werd of ik presentator wilde worden. Wist ik veel, maar het was Studio Sport, dus ja?..graag!" Zwakke start Het was geen droom die in vervulling ging, simpelweg omdat Egbers nooit ambities in die richting had. Het is dan ook niet zo dat hij naar Studio Sport heeft toegewerkt. "Dat zag ik echt als iets onbereikbaars, zo groot als dat was. Ik had totaal geen ervaring met presenteren, dus moest even een cursus gaan volgen. Aan het eind van de vijfde dag kwam NOS-baas Kees Boerhout me vertellen dat er 's avonds om 24.00 uur een extra uitzending over paardensport zou zijn en dat presentatrice Marga van Arnhem ziek was. 'En jij moet vanavond die uitzending gaan doen', zei hij. Ik heb het gedaan, met alle dramatische gevolgen van dien. Ik heb een bepaald zwakke start gehad, want ik was er gewoon niet voor in de wieg gelegd. Ik was en ben niet iemand die een trap afdaalt, in het licht gaat staan en zegt 'hallo, hier ben ik'. Zo'n gelikte presentator waarvan je er een heleboel kunt opnoemen. Ik heb het vak inmiddels wel geleerd, maar een geboren presentator ben ik allerminst. Ze hebben me ook een aantal keren gevraagd of ik presentator wilde worden van het Achtuurjournaal. Een job van formaat, maar ik heb daar telkens voor bedankt. Daar doe je mij echt geen plezier mee en de kijker uiteindelijk ook niet." Trots Voor iedereen met een beetje liefde voor voetbal moet het presenteren van Studio Sport fantastisch zijn. "Het is ook echt een droombaan", beaamt Egbers. "Het stelt me in de gelegenheid om veel bezig te zijn met waar andere mensen alleen in hun vrije tijd bezig kunnen zijn. Tegelijkertijd is het natuurlijk ook wel gewoon werk. Als supporter of liefhebber kun je bovendien van alles roepen, dan is er geen haan die er naar kraait. Dat kan ik me al lang niet meer permitteren." Het is één van de negatieve aspecten die het anchormanschap bij Studio Sport met zich meebrengt. Al wegen ze niet op tegen de positieve: "Ik ben trots op mijn baan, op mijn werk en op Studio Sport zelf. Soms ontleen ik persoonlijke trots aan iets wat we gemaakt hebben, maar er zijn dan precies om die redenen ook mensen die een hekel aan je hebben. Dat gebeurt. Dan zeg ik bijvoorbeeld in mijn inleiding iets over FC Groningen en een supporter van die club ziet daar dan in dat ik een hekel aan zijn club heb, bijvoorbeeld omdat 'mijn' Heracles een week later tegen Groningen speelt. Mensen horen dan dingen die er niet zijn. Dan word je op Twitter afgemaakt, krijg je mailtjes bij de NOS of word je op straat nageroepen. Nooit door één iemand trouwens, maar alleen als er vijf of meer mensen zijn. Dat kan ver gaan. Supporters van Twente die weten dat ik voor Heracles ben en me daarom klootzak noemen, of Rotterdammers die met 'kankerlijer' schelden omdat ik in Amsterdam woon. En het gaat nog wel verder dan dat ook. Maar het zijn altijd anonieme figuren, dus daar kan ik niks mee." Egbers heeft moeten leren om te gaan met zulke aspecten: "Toen ik net begon met Studio Sport stond er in de krant dat ik slecht was in mijn werk. Als je net begint en er worden zulke dingen geschreven, dan heb je daar last van. Op een gegeven moment denk je 'morgen wordt de vis in die krant verpakt en wie is het überhaupt die dat schrijft?'. Langzaam maar zeker ontwikkel je dan een olifantenhuid." Rechten Eens in de zoveel jaar barst in Nederland het gesteggel los rond de televisierechten om de samenvattingen van het vaderlandse voetbal te mogen uitzenden. Egbers bekijkt die ontwikkelingen altijd redelijk gelaten, geeft hij aan. "We hebben eerder meegemaakt dat de voetbalrechten naar een commerciële organisatie gingen. Destijds was het Sport 7, dat uiteindelijk 'Sport even' bleek. Vervolgens kwam Talpa en waren wij de rechten drie jaar kwijt, maar we hebben het steeds overleefd. Sterker nog, in die tijden waren we in mijn ogen het meest scherp. Ze zeggen dat armoede creatief maakt en in de praktijk is dat ook echt zo. Natuurlijk hoop ik niet dat we de rechten kwijtraken, maar ik ben ook zeker niet bang voor die situatie. We hebben nog genoeg andere dingen bij de NOS. Ik doe Champions League voetbal, EK's, WK's, maak programma's voor Andere Tijden Sport. Ik heb meer dan genoeg te doen." Andere Tijden Met Andere Tijden Sport noemt Egbers een programma waar hij oprecht trots op is. "Dat is ook ontzettend leuk om te maken. Dat komt omdat je de tijd krijgt om dingen goed te researchen, wat in Hilversum nog maar weinig het geval is. Er gaan weken zitten in het produceren, het nadenken en het redigeren van een onderwerp. Je zoekt naar de juiste locatie, een bijzonder onderwerp en verrassende invalshoeken. Niet iets wat voor de hand ligt en vooral ook niet zomaar even een archief leegplukken, want dat is wel heel makkelijk. We willen altijd iets nieuws toevoegen. Oude beelden zijn namelijk leuk, maar we willen ook nieuw licht op de zaak werpen. Als dat er niet is, dan doen we het niet." Wat het extra leuk maakt, is het feit dat het programma bijzonder goed gewaardeerd wordt. "Ik word op straat zelden aangesproken over een uitzending van Studio Sport, maar als het wel gebeurt, dan gaat het altijd over Andere Tijden." Journalist, televisiemaker, schrijver, presentator?..Egbers is moeilijk in een hokje te plaatsen. Zelf zegt hij vooral een verhalenverteller te zijn. "Of dat nou op papier is of op beeld, voor of achter de camera, dat maakt me eigenlijk niet eens zo gek veel uit. Het mooiste is als je goed kunt nadenken over het verhaal, je er de tijd voor krijgt, zodat het verhaal echt goed in elkaar zit. Als je merkt dat mensen geboeid luisteren naar je verhaal. Ik geniet intens als ik dan in de montagekamer zit te puzzelen, muziek eronder zetten?..heerlijk." Uiteraard is die montagetijd, ook bij Andere Tijden Sport, niet oneindig. Ik vind het ook niet moeilijk om te bepalen wanneer het klaar is. Op een gegeven moment moet je zeggen: 'oké, dit is het, veel beter gaat het niet worden'. Ik ben niet iemand die dan eindeloos doorgaat, dat heeft ook geen zin." Alledaags Bij een boek is dat wel anders, beaamt Egbers. "Ik benijd wat dat betreft de Engelse biograaf Mark Lewisohn. Die heeft vorig jaar het eerste deel van een driedelige biografie van The Beatles gepubliceerd. Dat eerste deel bestrijkt 900 pagina's, waar hij zeven jaar aan gewerkt heeft. Het tweede deel gaat over zes jaar verschijnen. Die man gaat maar door en keert alles om. Hij beschrijft niet alleen hoe de jeugd van John Lennon was, maar ook hoe die van zijn vader en opa was. Politieke voorkeuren, hoe Lennon ruzie had op school, wie zijn vriendinnetjes waren. Dat zou ik ook wel hebben willen doen. Aan de andere kant is het ook wel fijn om na een bepaalde periode te beginnen aan iets anders. Als je heel erg van The Beatles houdt en je bent daar je leven lang alleen maar mee bezig, dan is het op een gegeven moment alledaags werk. Je kunt je niet blijven laten fascineren door iets dat alledaags is. Daarom is het ook zo verstandig dat er niet alle dagen voetbal is." Nieuwe fase Ook met een carrière die inmiddels al zo'n drie decennia beslaat, jaagt Egbers ook professioneel gezien nog altijd dromen na. "Absoluut. Zo wil ik nog altijd een keer een speelfilm regisseren en zou ik het leuk vinden om uiteindelijk zelf leiding te geven aan een groep redacteurs of journalisten. Het is ook een natuurlijke gang van zaken om op een gegeven moment niet meer zelf voor de camera te staan, maar dat andere mensen laat doen die je dingen kunt bijbrengen. Je moet het moment voor zijn waarop mensen denken 'daar heb je hem weer', als ze je in beeld zien. Dat is zo sneu. Het is net als bij de indianen. Die gaan eerst zelf met pijl en boog op jacht en oorlog voeren. Op een gegeven moment, als ze wat wijzer en strammer worden, dan gaan ze in hun wigwam zitten, roken ze een pijp en laten ze de jongere indianen die oorlog vechten. Ik ben geen 23 meer, maar het betekent ook zeker niet dat ik bezig ben met afscheid nemen. Ik ga hopelijk een nieuwe fase van mijn arbeidzame leven in. Ik wil niet hetzelfde blijven doen tot ik er dood bij neerval. Ik wil altijd de kans blijven krijgen om iets te doen wat ik nog niet gedaan heb. Kijk, ik ben niet financieel onafhankelijk, maar als ik dat wel zou zijn, dan zou ik veel van wat ik nu doe, toch blijven doen. Gewoon omdat ik vind dat ik de leukste baan van de wereld heb. Dat moet ik mezelf ook blijven realiseren. Van de andere kant zou ik ook best twee maanden achter elkaar aan mijn boek willen blijven schrijven. Zo is er altijd wat?." Tom Egbers Verhalen- vertellerOf het nou op papier is of op beeld, voor of achter de camera, wat Tom Egbers het liefst doet is mooie verhalen vertellen. Het is tekenend voor de man die het gezicht is van Studio Sport, maar eigenlijk toevalligerwijs ooit voor de camera beland is. "Ik heb een droombaan, maar blijf niet hetzelfde doen tot ik er dood bij neerval." Teun van Thiel "Ik geniet intens als ik in de montagekamer zit te puzzelen, muziek eronder zetten?..heerlijk" "Ik ben niet financieel onafhankelijk, maar als ik dat wel zou zijn, dan zou ik veel van wat ik nu doe, toch blijven doen" |