Ruben van der Goor over Yamaha en de DM7-serie
Ook Senior Application Engineer Ruben van der Goor was aanwezig in Londen en net als de rest van de aanwezige Yamaha-familie toonde hij zich ‘heel blij’: “Het voelt echt als een nieuw beginpunt na een pittige periode. Aan de ene kant had je de bestaande klanten die je tevreden wilde houden, maar door de niet-beschikbaarheid van materialen werd dat speelveld heel ingewikkeld. Aan de andere kant hadden we wel de tijd om heel veel resources in nieuwe producten te stoppen. Dat zag je eerst al terug in de DM3 en nu dus ook in de DM7-serie en zijn control unit. Nieuwe technologie, nieuwe functionaliteiten…het heeft voor ons de afgelopen twee jaar spannend gemaakt.”

Het voelde af en toe tegenstrijdig, geeft Van der Goor aan. Door-ontwikkelen en -produceren terwijl je eigenlijk niet zeker wist welke kant het op zou gaan: “We zagen in ieder geval wel dat de markt heel gelukkig was met de QL’s en CL’s. Dat waren mixers die voor iedereen toegankelijk waren en waarmee je eigenlijk 95% van alle dingen kunt afdekken in dat segment aan evenementen. Natuurlijk zijn er ook producties die meer kanalen of functionaliteiten vragen, maar daarvoor hadden we RIVAGE, waarvan nu is aangekondigd dat we daar ook mee doorgaan. Ook dat is een belangrijk signaal naar de markt toe.”

Nu is Van der Goor (net als iedereen bij Yamaha) vooral ook heel blij met de DM7-serie. “Hij is echt ontzettend veelzijdig, met verschillende typen software en hardwarecombinaties”, vertelt hij. “Een belangrijke feature is bijvoorbeeld de splitmode, waarmee je de mixer eigenlijk in twee engines kunt opdelen. “Op de DM7 Compact kun je dan wisselen of je engine A of engine B bedient, op de grote DM7 heb je voor elke engine een eigen scherm. Elke engine van de mixer heeft in split mode zelfs zijn eigen scene-management.
Je kunt putten uit alle ingangen en sturen naar alle uitgangen. Je maakt bijvoorbeeld met engine B de zaalmix, terwijl je met engine A tegelijkertijd de streamingmix verzorgt. Allemaal vanaf hetzelfde apparaat.”

“Ook opvallend is natuurlijk de control unit met de twee verschillende softwarepakketten”, vertelt Van der Goor verder. “Eentje specifiek voor broadcast, de ander voor theater. Ze kunnen bovendien tegelijk worden geïnstalleerd, waardoor je van beide pakketten tegelijkertijd de onderdelen kunt gebruiken die voor jou handig zijn.” Al met al spreekt Van der Goor van een ijkpunt in de geschiedenis van Yamaha. “Maar eigenlijk zal dat gelden voor elk bedrijf. Het is een buigpunt in de tijdlijn. Het is heel heftig geweest, met heel veel gevolgen, maar als ik er nu naar kijk dan heeft het achteraf gezien voor Yamaha heel goed uitgepakt. We hebben de tijd gehad om dingen te verbeteren en goed onderzoek te doen. Dat heeft ervoor gezorgd dat we sterk terugkwamen en daar zie we nu de eerste resultaten van.”